Paracas staat bekend om twee dingen. Het eerste zijn de Islas Balistas, ook wel bekend als 'the poor man's Galapagos islands'. Het tweede is het nationale park dat tegen de stad aanligt.
Om kwart over 8 stapten we met een grote groep mensen op de boot richting de Islas Balistas. Dit eiland staat bekend om de vele vogels, zeeleeuwen en pinguïns die er wonen. Maar voordat we de haven van Paracas uit waren zagen we al de eerste dieren; dolfijnen! Ja ja, na bijna 11 maanden reizen zagen we dan eindelijk dolfijnen. Erg gaaf. Nadat ze waren weggezwommen vaarde de boot door naar een bijzonder teken op een eiland (niemand weet de precieze betekenis) en daarna snel door de Ballestas eilanden. Hier vaarde de boot een uurtje rond zodat we van de vele dieren foto's konden maken.
Eenmaal terug op land konden we snel een broodje kaas eten voordat we richting het Reserva Nacional de Paracas reden. Onze eerste stop in het park was het informatiecentrum. Hier kregen we meer informatie over het gebied en zagen we (delen van) fossielen, sommige wel een paar miljoen jaar oud. Hierna reden we door naar het enige rode strand van Peru. Een paar foto's later reden we door naar een dorpje waar we konden lunchen. Wij hadden geen zin om mee te doen aan deze "toeristenval" dus gingen maar een eindje wandelen. Dit bleek een goede keus, want niet alleen zagen we een paar hagedissen, toen we bovenop een heuvel zaten zagen we ook weer zo'n 6 dolfijnen zwemmen.
Om kwart over 8 stapten we met een grote groep mensen op de boot richting de Islas Balistas. Dit eiland staat bekend om de vele vogels, zeeleeuwen en pinguïns die er wonen. Maar voordat we de haven van Paracas uit waren zagen we al de eerste dieren; dolfijnen! Ja ja, na bijna 11 maanden reizen zagen we dan eindelijk dolfijnen. Erg gaaf. Nadat ze waren weggezwommen vaarde de boot door naar een bijzonder teken op een eiland (niemand weet de precieze betekenis) en daarna snel door de Ballestas eilanden. Hier vaarde de boot een uurtje rond zodat we van de vele dieren foto's konden maken.
Eenmaal terug op land konden we snel een broodje kaas eten voordat we richting het Reserva Nacional de Paracas reden. Onze eerste stop in het park was het informatiecentrum. Hier kregen we meer informatie over het gebied en zagen we (delen van) fossielen, sommige wel een paar miljoen jaar oud. Hierna reden we door naar het enige rode strand van Peru. Een paar foto's later reden we door naar een dorpje waar we konden lunchen. Wij hadden geen zin om mee te doen aan deze "toeristenval" dus gingen maar een eindje wandelen. Dit bleek een goede keus, want niet alleen zagen we een paar hagedissen, toen we bovenop een heuvel zaten zagen we ook weer zo'n 6 dolfijnen zwemmen.