Dag 1
’s Ochtends ontmoeten we Bert. Hij is een Nederlander geboren aan de Amstel en woont sinds 15 jaar in Mongolië. Na een kopje thee met Bert en wat nu blijkt, zijn chauffeur, vertrekken we naar het eerste bezichtigingspunt van de dag. We rijden hoog op een berg en lopen vanaf daar nog een stukje verder zodat we een prachtig uitzicht hebben over het Mongoolse landschap en de Selenga rivier. Daarna rijden we door naar een plaatselijk bakkertje om ons brood voor het ontbijt op te halen.
We ontbijten vervolgens aan een picknicktafel bij een Boedhistische gedenkplek. Het brood smaakt bijna zoals in Nederland en samen met de zelfgemaakte Goudse kaas was dat wel even lekker! We zien die dag meerdere Boeddhistische plekken. Vaak word er wat gegeven, zelf strooien we wat snoepjes rond (je kunt je voorstellen dat het er niet heel fris ruikt, but it’s all part of the experience). De rest van de dag rijd de chauffeur ons over de Mongoolse wegen, slalommend en luid toeterend voor de koeien, geiten, paarden en kamelen die steeds in kuddes de weg over steken.
Onze eerste ervaring met Genghis Khan krijgen we bij de Warme Wand. Dit is een plek waar Genghis met zijn leger kon overwinteren. De zuidelijke (warme) wand van de berg neemt de warmte van de zon op en bleef warm tot diep in de koude winter nachten. Ook vindt je hier een waterbron, hier heeft Chris nog een paar slokken van genomen. Net zoals Genghis in die tijd zou hebben gedaan. Twee van de legendes van Genghis op deze plek is dat hij hier een schoen zou zijn verloren en dat er een voetafdruk van hem in een rots zou staan. De schoen is nog steeds niet gevonden maar de rots staat er wel. Bij de rots aangekomen blijkt dat Genghis Khan een schoenmaatje 120 had. Of mensen zijn druk aan het beitelen geweest, wie weet, wie weet. We bezoeken nog een traditioneel Mongoolse familie die o.a. van yoghurt een alcoholisch drankje brouwt; dit smaakt best lekker. Na een paar slokken rijden we door en net voor etenstijd arriveren wij in onze eigen ger in Terelj National Park waar we de rest van de avond doorbrengen met een wandeling en het kijken naar de sterren.
Dag 2
Na een heerlijke nachtrust (we hadden eindelijk weer eens bedden die zachter waren dan een plank) stonden we, zoals de dag ervoor aangegeven, om 9 uur klaar voor het ontbijt. Maar nee, in Mongolië gaat alles wat rustiger. Zowel het ontbijt (9:00), lunch (14:00) als avondeten (19:00) begon altijd 30 tot 45 minuten later dan gepland. We hebben dan ook sterk het vermoeden dat de tijden die ze aangeven de tijden zijn dat ze beginnen met koken.
Na het verlate ontbijt zaten we lekker in het zonnetje op Bert te wachten voor onze tour. 10:00, 10:30, 10:45, nog steeds geen Bert. Dus besloten we maar een berg te beklimmen. Na heel wat gehijg, gepuf en buiten adem zijn, op 1850 meter hoogte zitten is niet niks, bereikten we de top. Foto time, een slokje water, even uitrusten en toen maar weer naar beneden om te kijken of Bert er eindelijk was.
Dit was inderdaad het geval. Omdat het inmiddels al één uur was konden we kiezen om de tour nu gehaast te doen, of morgen rustig aan. Wij kozen morgen. Helemaal prima vond Bert, morgen zouden we echt om 10 uur weg gaan! Hij gaf voor onze middag (dit werd uiteindelijk avond, want zo gaan die dingen hier) die nu leeg was, een uur paardrijden cadeau. Dan maar eerst lekker afkoelen in de lokale rivier.
Zwemkleding aan en tijd om te zwemmen, zou je denken. En dat was ook het plan, maar het water dat helderder is dan het water dat in Nederland uit de kraan komt, is ijzig koud en stroomt stevig door. Verder dan tot onze knieën het water in zijn we niet gekomen zonder rillend naar de kant terug te snellen. Plan B, lekker in de zon zitten tot we kunnen paardrijden.
Om 20:30 was het zover. We gingen de vlaktes van Genghis Khan met paard trotseren. Een super leuke ervaring. We kregen allebei rustige paarden, want zoveel ervaring met paardrijden hebben we niet, en een gids die met ons mee ging. De toch duurde uiteindelijk 1,5 uur en in die tijd hebben, het landschap goed kunnen verkennen. We zagen een (heilige) boom en hebben met paard rivieren en bossen overwonnen. Tegen de tijd dat we terug kwamen was het al donker en zagen we een aantal bliksemschichten. Terwijl de eerste druppels op onze hoofden vielen liepen we met een beetje pijn in de benen onze Ger binnen.
Dag 3
10:00 uur geen Bert. 11:00 uur geen Bert. 11:45 daar kwam Bert aangesneld in de Toyota LandCruiser met snorkel. Tegen de tijd dat Bert aankwam hadden een Amerikaanse-Vietnamees en zijn Koreaanse schoonfamilie gehoord van onze tour. Omdat zij dezelfde kant op moesten vroeg hij of ze mee mochten. Dat vonden we geen probleem.
Omdat we met zoveel waren, gingen de tassen op het dak. Tegen 12:30 konden we dan eindelijk vertrekken. Een dikke 2,5 uur later dan gepland. Via de scenic route reden we naar het standbeeld van Genghis Khan. Scenic in dit geval betekend onverhard, veel kuilen, door rivieren en kuddes met dieren ontwijken. Na veel gehobbel en gebobbel kwamen we bij het immense standbeeld aan. Het standbeeld is 40 meter hoog en lijkt gemaakt van zilver en goud. Nog even een boterhammetje met kaas of vlees en we gingen weer door naar de volgende stop, een klooster dat deels vernietigd is door een andere heerser van Mongolië, het communisme.
Van het klooster staan nog maar een paar gebouwen overeind, maar uit de restanten kan je opmaken dat het ooit een magistraal bolwerk moet zijn geweest met een prachtig uitzicht over de vallei. Helaas konden we niet bij de gebouwen komen. Eén, omdat we verkeerd liepen. Twee, omdat we later hoorde dat de gebouwen gesloten waren. Het was toen al tegen 17:00 en dus tijd om richting ons hostel in Ulan Bataar te gaan. Rond de spits kwamen we Ulan Bataar binnen rijden, het was enorm druk en de wegen stonden vast. De stad is de laatste jaren enorm gegroeid en de infra structuur kan het niet meer aan. Met 1 miljoen inwoners betekent dat ruim een derde van de Mongolen in deze stad woont. Tegen 19:00 uur bereiken we het Sunpath Hostel en het eerste wat we doen is onze kleding laten wassen en een heerlijke lange douche nemen!